Low Code / No Code platformen hebben inmiddels hun plek in het IT landschap verworven. Wat vergroot het succes van deze platformen??
Low Code / No Code (LCNC) platformen worden gezien als dé oplossing voor de Business die zelf applicaties kan ontwikkelen door mensen zonder IT achtergrond, de zogeheten citizen developer.
De citizen developer
Het idee is dat door de inzet van deze nieuwe groep ontwikkelaars de IT afdeling kan worden ontzien. Zo kunnen de benodigde bedrijfsprocessen sneller en intuïtiever worden ondersteund door applicaties. Deels omdat je vlot de gebruikerservaring naar eigen inzicht ontwerpt en de benodigde data en (proces)stappen naar precies jouw eigen behoefte in elkaar klikt. Iets dat de business al jaren gewend is met hun eigen ontworpen papieren formulieren en Excel spreadsheet. Alleen nu met een nieuw platform. Deze aanpak werkt totdat de data uit deze apps een integraal geheel moeten vormen met de rest van de organisatie. Dan blijkt dat het handig is om alle data vast te leggen in een gezamenlijk systeem. En hier komt de IT afdeling om de hoek kijken, want zij onderhouden en beheren deze centrale IT systemen.
Integratie is de sleutel tot succes
Het succes van de oneindige mogelijkheden van de Low Code / No Code (LCNC) platformen is, op de (middel)lange termijn, van de sterk afhankelijk van het gemak of de eenvoud van de integratie met hun omgeving.
Hierin zit vaak de zwakte van dergelijke LCNC platformen. Solitair werken ze prima en zijn prachtige resultaten te behalen. Maar ergens in het proces dat wordt ondersteund ontstaat de behoefte aanvullende informatie op te halen of de vergaarde informatie te delen.
Om dit probleem het hoofd te bieden is het noodzakelijk om een verbinding te leggen tussen de flexibiliteit van het LCNC platform enerzijds en de centrale administratieve basis IT systemen anderzijds. Deze verbinding kan worden gefaciliteerd door afspraken te maken hoe deze systemen met elkaar communiceren. Hier kan een IT architectuur op basis van een Corporate Data Model en Application Programming Interface (API) uitkomst bieden. Een corporate datamodel is noodzakelijk om de brug te slaan tussen de Business en IT om de data en informatie te beschrijven. En een API om de onderlinge communicatie vast te leggen. Op deze manier leggen we vast over welke data we spreken en wat nodig is om met elkaar informatie te delen. Voor applicaties die deze mogelijkheden nog niet bieden, wordt als alternatief Robotic Process Automation (RPA) beschikbaar gesteld. Hiermee kunnen de benodigde handmatige handelingen worden geautomatiseerd en beschikbaar gesteld als API.
Dat partijen hiermee bezig zijn is duidelijk. Voor het Mendix plaform, een product dat SAP op zijn prijslijst heeft staan, was tijdens de Mendix World in september 2020, één van de grote aankondigingen de ontwikkelingen rond de eigen data hub. In het persbericht “Revolutionary Mendix Data Hub Democratizes Data Integration” wordt duidelijk gemaakt dat dit de tooling is waarop door Mendix gebruikers werd gewacht.
SAP en hun Low Code / No Code mogelijkheden
SAP ontwikkelt zelf ook een eigen Low Code / No Code portfolio. Tijdens de laatste SAP Teched, december 2020, werd dit aangekondigd in het persbericht “SAP Empowers Developers with Low-Code/No-Code Tools and Further Enhancements to SAP Business Technology Platform”. In deze aankondiging geeft SAP aan dat voor de verschillende type developers verschillende tools worden geleverd. Op deze manier kunnen vele type scenario’s worden ondersteund. SAP Cloud Platform Workflow Management voor ontwikkelaars en business experts om samen vorm te geven aan end-to-end processen. RPA van SAP kan door ontwikkelaars worden ingezet om repeterende handmatige handelingen te automatiseren.
SAP Ruum is de nieuwste telg binnen deze familie. Met SAP Ruum kunnen business experts zonder programmeer ervaring bedrijfsprocessen in elkaar klikken. In de gebruikersverhalen hierover zie je dat je binnen een paar uur een heel proces aanpakt en verbetert. Dat is dan exclusief de integratie. De voorwaarde is dat dit al aanwezig moet zijn. Daarvoor levert SAP een eigen API hub op het SAP Cloud Platform en speelt Odata een belangrijke rol om de integratie mogelijk te maken. Mocht dat niet toereikend zijn dan kan altijd de toevlucht worden genomen tot de RPA van SAP zo valt te lezen.
SAP, API & OData
Door de keuze voor OData kiest SAP niet alleen voor een gedegen API beschrijving maar geeft het ook de context aan waarbinnen deze API kan worden gebruikt. Daarnaast is SAP net als Microsoft bezig om over zijn gehele portfolio een uniform datamodel, genaamd SAP Graph, te leggen die via een uniforme API laag is te benaderen. Dit de wijze waarop SAP de integratie tussen haar LCNC omgeving en de andere SAP applicatie vormgeeft.
Naast de genoemde opties van SAP zijn er nog vele andere Low Code / No Code platformen. Met de meeste kun je snel starten om een proces of applicatie op te zetten en te laten werken. Echter altijd komen we op het punt waar de integratie met de rest van de wereld belangrijk wordt en dan starten vaak de problemen en de daar aan gerelateerde kosten.
Een feilloze samenwerking tussen de IT afdeling die de API van de systemen beschikbaar stelt en de citizen developer binnen de business units voor het snel ontwikkelen van agile bedrijfsapplicaties is van cruciaal belang. Dit kan zonder elkaar in het vaarwater te hoeven zitten, maar dit vereist een gedegen strategie. De partijen die deze strategie onderkennen en op deze manier hun bedrijfsprocessen aanpakken zijn in staat om sneller betere toepassingen te ontwikkelen waar uiteindelijk het hele bedrijf baat bij heeft.
NL for Business, dé SAP integratie experts
NL for Business is reeds 20 jaar actief op het gebied van SAP-integratie vraagstukken en heeft hierbij ruime ervaring met het bedenken en toepassen van bedrijfsspecifieke oplossingen. Wij zijn daarom de ideale partner om u te ondersteunen bij uw Low Code/No Code strategie. Laat ons uw organisatie begeleiden bij uw keuze, de introductie en succesvolle implementatie van uw Low Code/No Code platform en de daarbij behorende IT-architectuur, Corporate Data Model en benodigde integratie.